Geïnteresseerd? Bestel mijn boek bij je lokale boekhandel of Bol.com.
  • 10
    feb
    2009

    Politieke weblogs. Liever geen reply

    Veel Nederlandse politici hebben een weblog. Maar heeft de burger er ook iets aan? ‘Die blogs lezen als vakantieverhalen van vage kennissen die op wereldreis zijn.’

    Door Thijs Niemantsverdriet

    ‘Een rustige zondag. En nog steeds is het een groot deel van de dag prachtig weer. Met dit soort weer is het haast niet te geloven dat het nog maar begin februari is.’ Met deze gemoedelijke woorden deed het politieke weblog op 3 februari 2002 zijn intrede in Nederland. De auteur was geen jong, dynamisch PvdA-Kamerlid uit Amsterdam. Ook geen cybergekke GroenLinkser. Nee, de eerste politieke blogger van Nederland was een 47-jarige volksvertegenwoordiger van de ChristenUnie uit Zwolle: Arie Slob.

    Zeven jaar later houdt Slob, inmiddels fractievoorzitter, zijn blog nog altijd met gereformeerde plichtsgetrouwheid bij. Iedere zaterdagavond plaatst hij een verhaal op zijn website waarin hij terugblikt op de politieke week en het een en ander vertelt over zijn familieleven. ‘Ik ben, mag ik wel zeggen, behoorlijk trouw,’ vertelt Slob. ‘Als je een blog bijhoudt, moet je het ook consequent doen.’

    Vele politici zijn Arie Slob nagevolgd. Eind 2002 begon PvdA’er Klaas de Vries een veelgelezen weblog. Niet veel later gevolgd door toenmalig minister Zalm (VVD), die met zijn nachtelijke schrijfsels regelmatig de kranten haalde. Het verkiezingsjaar 2006 zag een ware explosie van politieke blogs. Hoewel er nadien een kleine dip volgde, houdt een groot aantal politici nog steeds op internet een dagboek bij. Met een drietal verkiezingen op komst – het Europees Parlement in juni dit jaar, gemeenteraden in 2010 en Tweede Kamer in 2011 – zal het aantal bloggende politici alleen maar toenemen.

    Waarom blogt een politicus? Een weblog is een uitgelezen manier om direct contact te maken met kiezer. De backbencher kan ontsnappen aan de anonimiteit en zijn mening geven over andere zaken dan zijn portefeuille Scandinavisch hardhout. De minister kan de lezer deelgenoot maken van schitterende beleidsplannen, zonder dat ze gefileerd worden door lastige journalisten. En misschien wel het belangrijkste: op een weblog kan een politicus wat blootgeven van zijn persoonlijke leven. Daarmee wordt hij sympathieker, en dus electoraal aantrekkelijker. ‘In theorie,’ zegt Gerrit Voerman, directeur van het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen (DNPP) in Groningen, ‘is een weblog hét medium op authentieke wijze naast politieke standpunten een inkijkje in je leven te geven. Politici worden mensen van vlees en bloed.’

    Pedant
    Het aantal bewindslieden dat blogt, is zeer beperkt. Zo was André Rouvoet (ChristenUnie) als Kamerlid een enthousiast blogger, maar sinds hij minister van Jeugd en Gezin is, hebben we online niets meer van hem vernomen. Premier Balkenende heeft ontzaglijk veel vrienden op netwerksites als Hyves en LinkedIn, maar een blog – ho maar. Zijn partijgenoot Gerda Verburg (Landbouw) hield enige tijd een wekelijkse blog bij, maar sinds april vorig jaar zijn er geen nieuwe posts meer verschenen.

    De enige minister die echt blogt is Wouter Bos. Op zijn BosBlog verschijnen zo’n een à twee keer per week leesbare stukjes waarmee hij soms ook nog het nieuws haalt. Bijvoorbeeld met zijn opmerking (5 januari 2009) dat hij zojuist het boek De Prooi over ABN Amro heeft gelezen en dat hij voortaan iedere bankier die bij hem nog durft te klagen over de overheid ‘met dat boek in de hand het pand uitwerken’ zal. Er zijn drie bloggende staatssecretarissen. Jack de Vries van Defensie blogt sinds kort.

    Zijn juichverhalen over de kameraadschap in de krijgsmacht zijn misschien goed voor het moreel van de troepen, maar politiek weinig interessant. Jet Bussemaker van Volksgezondheid, Welzijn en Sport verhult niet dat haar blog geheel wordt gevuld door haar voorlichters. En dan is er het blog van staatssecretaris Frans Timmermans (Europese Zaken). Hij schrijft lange, doorwrochte epistels over politiek, geschiedenis en cultuur. Maar zijn persoonlijke ontboezemingen hebben iets pedants. Timmermans spreekt veel belangrijke mensen: ministers, hoogleraren, cultuurbobo’s. Daar schrijft hij graag over. Nadat hij voor de zoveelste keer op de koffie is geweest bij president Sarkozy, bijgepraat heeft UEFA-voorzitter Platini of van gedachten gewisseld heeft met de New Yorkse burgemeester Bloomberg, krijg je zin om snel door te klikken.

    Privé-leven
    Tot zover de bewindslieden. De blogs van Tweede Kamerleden zijn talrijker. Sommige blogs zijn buitengewoon persoonlijk: Boris van der Ham (D66) schreef het afgelopen jaar over het overlijden van zijn moeder en deelt zijn persoonlijke medische beslommeringen met de lezer. Ook Mei Li Vos (PvdA) vertelt over haar privé-leven, soms op behoorlijk intieme wijze. ‘Het begon met een pijnlijke hoest die dwars door m’n borstkas sneed,’ schrijft ze als ze op 17 januari geveld is door de griep. ‘Ben nu me stemmetje kwijt, heb vandaag tot drie uur zwetend allenig in het grote bed gelegen terwijl mijn jager buiten bessen, sinaasappelen, aspirine, rood vlees, haring en houtblokken aan het verzamelen was.’

    Soms vergeet je bijna dat Vos volksvertegenwoordiger is, zo weinig en zo lichtvoetig schrijft ze over het politieke bedrijf. Hoewel ze in haar beschouwingen ook een prettig gebrek aan eerbied voor parlementaire mores aan de dag legt. Zo schrijft ze op 3 februari: ‘Toch wil ik na 2011 wel graag weer eens een Paars kabinet. Is misschien ook wel weer eens fijn voor het CDA, even lekker op adem komen in de oppositie. En bedenken wie de opvolger wordt van JPB.’

    Vos (38) en Van der Ham (35) behoren tot de jongere Kamerleden. Maar het zou een vergissing zijn om te denken dat alleen jeugdige Kamerleden bloggen. Sterker nog, het is eerder omgekeerd. De oervaders van het politieke blog, Klaas de Vries en Gerrit Zalm, waren allebei een flink eind in de vijftig toen ze begonnen. In de huidige Kamer hebben drie van de vijf jongste parlementariërs géén blog. En een van de actiefste bloggers van het Binnenhof is CDA-oudgediende Jan Schinkelshoek (55). Naast ongeveer twee blogs per week (vaak over zijn stokpaardje, de parlementaire mores), verstuurt Schinkelshoek ook nog een maandelijkse nieuwsbrief, met citaten van collega’s, links naar sites over schaken en een overzicht van de boeken die hij aan het lezen is. Beetje belegen soms, maar wel informatief.

    Therapeutisch
    Kamerleden schrijven veel over dezelfde onderwerpen: de nationalisatie van ABN Amro, de verkiezing van Obama, Balkenende’s draai in het Irak-onderzoek. Verder staan op de weblogs veel, heel veel gedetailleerde beschrijvingen van werkdagen. Steven de Jong, webredacteur opinie van NRC Handelsblad en politiek weblog-watcher, wordt er soms een beetje wanhopig van. ‘Het werk van een Kamerlid,’ mailt hij, ‘is niet interessanter dan het werk dat ik als burger doe. Een doorsnee werknemer vergadert ook, bezoekt ook organisaties. Maar valt hij daar mensen mee lastig op zijn weblog? Nee. Zelfs niet op een feestje.’ Hij concludeert: ‘De blogs lezen als vakantieverhalen van vage kennissen die op wereldreis zijn. Je klikt ze uit beleefdheid aan, maar echt lezen doe je het niet. Het lijkt eerder op therapeutisch schrijven om ordening in je gedachten te brengen.’

    Een mooi voorbeeld van therapeutisch schrijven is het blog van VVD’er Helma Neppérus. Geen boeiende analyses, veel kromme zinnen en eindeloos geherkauw van het VVD-programma. Népperus’ blog illustreert een belangrijk adagium uit bloggersland: schrijf niet omdat het moet, maar omdat je je ergens over opwindt. Druk maakt ze zich alleen over het initiatief van twee GroenLinks-raadsleden om particulier vuurwerkbezit te verbieden – en dan wordt het meteen een stuk interessanter. Hoewel het nog steeds tot statements leidt als: ‘De VVD is tegen het verbieden van vuurwerk omdat dit een stukje Nederlands cultuurgoed is dat we ons niet af moeten laten pakken.’

    Reply-functie
    Spelen blogs een rol in de Nederlandse politiek? Ze worden in ieder geval bijzonder weinig gelezen. Volgens Gerrit Voerman van het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen hebben de meeste weblogs niet meer dan enkele honderden niet-unieke bezoekers per maand. Natuurlijk, er zijn uitzonderingen. Gerrit Zalms blog trok in de hoogtijdagen twintigduizend bezoekers per maand. Het blog van Jan Marijnissen – inmiddels opgedoekt – haalde soms meer dan driehonderdduizend bezoekers per maand. Maar de conclusie is volgens Voerman dat de Haagse pikorde online gewoon overeind blijft. ‘Als je fractievoorzitter bent of minister, komen er mensen op je weblog af. Journalisten schrijven erover in de krant. Maar ben je een onbekend Kamerlid, dan kun je bloggen wat je wilt – maar meer dan handjevol vrienden, bekenden en partijgenoten zul je nooit trekken.’

    En mocht je als burger je weg hebben gevonden naar een weblog, dan valt er bijzonder weinig te discussiëren. Bij de meeste politieke blogs kun je niet rechtstreeks reageren. Alleen de Hyvers hebben hun reply-functie wagenwijd openstaan. Staatssecretaris Timmermans had dat ook, maar sinds enige tijd zijn bij hem reacties taboe (waarschijnlijk omdat dezelfde eurosceptici reageerden die hem ook bij debatten en spreekbeurten lastig vallen). Op de site van Femke Halsema, die in 2005 het slachtoffer werd van een reply-aanval van GeenStijl, kun je alleen reageren als je bent geregistreerd.

    Bij de SP is het de vraag of je reactie überhaupt op de site belandt. De socialisten voeren namelijk een strenge redactie over wat binnenkomt. Wat dat betreft is een recente post van SP-senator Anja Meulenbelt (‘meer dan zestigduizend unieke bezoekers in januari van dit jaar’) illustratief voor de bloggende politicus anno 2009. Op 3 februari schrijft ze: ‘Dit weblog is GÉÉN OPEN FORUM. Ik selecteer wat er wordt geplaatst en nog streng ook.’ Om te besluiten met: ‘Wie graag ergens zijn mening kwijt wil zonder mijn hinderlijke aanwezigheid moet dat dus elders doen.’

    Bron: Vrij Nederland, 10 februari 2009

In de media

Een aantal van mijn onderzoeken en maatschappelijke acties haalden in de jaren 2004-2008 de media. In deze rubriek een overzicht van die artikelen.

Over de auteur

Archief artikelen van Steven de Jong. Op deze site kunt u zijn artikelen uit de periode 2001-heden lezen.

E-mail: dejongsteven@gmail.com
  • Volg Steven de Jong op Twitter!
  • Volg Steven de Jong op LinkedIn!