Huursubsidie op kamers

Dat het vrijlaten van de woningmarkt geen goede zaak is geweest, blijkt onomstotelijk uit de problemen die hebben geleid tot schaarste in sociale woningbouw.

De overheid kan hier deels verandering in brengen door zo snel mogelijk sturende financiële instrumenten in te zetten.

De veelbesproken huursubsidie op onzelfstandige wooneenheden (kamers) is hier een voorbeeld van. In december 2002 was het recht op huursubsidie voor studenten bijna een feit, maar minister Kamp, destijds minister van Volkshuisvesting, heeft deze motie van Groenlinks naast zich neergelegd. Zijn opvolger, Minister Dekker, heeft nog niet laten blijken de Huursubsidiewet aan te willen passen voor studenten met een gezamenlijke voordeur, sanitair en keuken.

Politiek gedraai
Staatssecretaris Nijs van Onderwijs, die haar rol omschrijft als “spreekbuis van studenten”, heeft na het afgewezen voorstel de kamernood en huursubsidie regelmatig aangekaart bij minister Kamp en later bij Dekker in de kabinetten Balkenende I en II. In het debat van 19 juni 2003 over dit onderwerp dat de Kamer voerde met de minister van VROM draaide Nijs echter bij. Ze ging het debat in als spreekbuis van studenten en kwam eruit als spreekbuis van de minister. De regering wil er nog niet aan en zelfs D66 weigerde steun toe te zeggen aan amendementen op de Huursubsidiewet om huursubsidie mogelijk te maken. De VVD nam direct al afstand van de motie, terwijl ze die vorig jaar nog steunde.

Huursubsidie is op korte termijn het enige middel voor betaalbare kamers
Zolang de woningmarkt nog niet onder controle is door de overheid is huursubsidie, naast het handhaven van een maximale huurprijs, vrijwel het enige instrument om kamers op korte termijn betaalbaar te maken voor studenten. Huursubsidie mag echter geen prijsopdrijvend effect hebben op de kamerhuren, maar moet juist woningcorporaties aanzetten tot het bouwen van kamers in plaats van appartementen. Strikte handhaving is dus ook hier een vereiste.

Gepubliceerd: Politiek-actie.net